Voormalig Joegoslavië, een kansrijke afzetmarkt
“De afzetmarkt in de zeven landen van voormalig Joegoslavië groeit hard en biedt veel potentie. De bevolking en de toeristen houden van een goed stuk vlees. Welzijnsvragen leven hier niet”, zegt Izidor Cafuta, sales director Vion vanuit Maribor. Hij kent de markt en de verschillen tussen de naties en religies. Dat is de kracht van lokale medewerkers.
Voormalig Joegoslavië omvat de landen Bosnië en Herzegovina, Kosovo, Kroatië, Noord Macedonië, Montenegro, Servië en Slovenië. “Een complexe markt met zeven landen en drie hoofdreligies”, zo vat Izidor de markt samen. Hij reisde vroeger samen met zijn vader door de verschillende gebieden van Joegoslavië voordat het begin jaren negentig uiteenviel en een reeks van etnische conflicten volgden. “Mijn vader was verkoper in de pluimveeindustrie. Ik heb alle gebruiken van de landen en religies leren kennen. Door de oorlog is veel veranderd, maar ook veel hetzelfde gebleven. De verschillen zijn heel gevoelig.”
Barbecueland
De verschillen tussen de landen zijn zichtbaar in de cijfers van de vleesconsumptie. “De consumptie van varkensvlees varieert van 3 (in Bosnië en Herzegovina) tot 50 kilo (in Kroatië) per inwoner. Het aandeel varkensvlees in de totale vleesconsumptie varieert van 6 tot 62 procent. De religie maar ook het aandeel toerisme speelt daarin een rol”, legt Izidor uit. De barbecue is geliefd in dit deel van de wereld. “Rond 1 mei start het nieuwe barbecueseizoen. Hele families verzamelen zich rond de barbecue en eten gezellig samen. Dan start ook het toeristenseizoen.” Schouderkarbonades en worsten zijn populair op de barbecue. Izidor levert veel producten voor de worstbereiding aan de verwerkende industrie.
Seizoensverkoop
De afzet wisselt met de seizoenen. De maanden voor mei koopt de industrie flink in voor het komende toeristenseizoen. “In de zomer zijn hier 2,5 miljoen extra consumenten, boven op het aantal inwoners van ongeveer 20 miljoen”, aldus Izidor. In 2014 startte Izidor de verkoop van parmahammen aan klanten in Montenegro, ook een seizoensproduct. Ze roken de hammen op een traditionele manier met buitenlucht. In 10 jaar tijd is die verkoop explosief gestegen. “Verkochten we in 2014 500 hammen per seizoen, nu zijn het 150.000 hammen van oktober tot en met februari”, zegt Izidor trots. Hij benadrukt dat hij dit niet alleen doet maar met een goede support van zijn collega’s.
Lage zelfvoorzieningsgraad
De zelfvoorzieningsgraad van varkensvlees in voormalig Joegoslavië is laag. “Ook daar zien we grote verschillen tussen de landen: Servië heeft een zelfvoorzieningsgraad van 55 procent, Slovenië 40 procent en Montenegro houdt geen varkens. De varkenspest heeft de meeste invloed op de kleinere bedrijven. Dat aantal neemt af. De eigen productie groeit nauwelijks en er zijn geen plannen voor grootschalige uitbreiding van varkenshouderijen.”
Koopkracht
Hoge inflatie heeft impact op de levensstandaard. Door de inflatie is de koopkracht afgenomen waardoor klanten, retailers en consumenten prijsbewuster zijn geworden. “Het verschil dat ik zie tussen de landen in West-Europa en de landen in onze regio is dat de bevolking hier minder bespaart op voedsel dan op luxegoederen. Voedsel is hier zeer belangrijk, daarnaast wordt varkensvlees zeer gewaardeerd en is het de voordeligste eiwitbron. De trend van dalende consumptie van rood vlees is tot nu toe alleen duidelijk in Slovenië, het meest ontwikkelde land in de regio. Varkens- en rundvlees wordt meer gewaardeerd dan kip. Ik verwacht een stijgende vraag naar varkensvlees”, besluit Izidor. Voormalig Joegoslavië is hiermee een kansrijke afzetmarkt met groeipotentie voor Vion.